Wat er in Israël gebeurd is – en nog steeds gebeurt – tart iedere beschrijving. Wat er staat te gebeuren in Gaza doet het ergste vrezen voor wie daar als ratten in een val zitten. Het geweld is zeer bewust gepland op 7 oktober, precies 50 jaar na de Jom Kipoer-oorlog. En op de Joodse kalender in het net begonnen jaar 5784 precies de sjabbat aan het slot van Soekot, Loofhutten, wanneer in Israël Simchat Torah, Vreugde der Wet, begint. Bewust beledigend.
De analyses komen later. Nu heerst vooral ontzetting. Over de blote barbarij die over Israël walst, maar ook over begrijpende of zelfs instemmende reacties daarbuiten, tot in het brave Nederland. En hoe reageert de kerk, mijn eigen PKN?
Alert, met een verklaring waarin niets verkeerds wordt gezegd.
Als kerk weten we ons verbonden zowel met Joden als met Palestijnse christenen, die zuchten onder deze verschrikkelijke daden van geweld. We voelen mee met de pijn van Joden, Palestijnse christenen, moslims en andere inwoners van het land.
Gevolgd door een oproep tot gebed. Niets verkeerds. Maar is het genoeg?
Op sociale media klonken naar verluid onmiddellijk verwijten. De kerk zou hier ‘door de mand vallen’, ‘laf’ zijn, ‘de vijanden van Israël’ in de kaart spelen en ze moest daarom haar ‘moralistische waffel’ houden. Ik lees het in de krant, want het gehijg, gescheld en gedreig van die media heb ik al een tijdje geleden uitgezet. En ik laat de reacties maar vallen onder die drie naamwoorden. Dat de kerk alert reageert vind ik al winst.
Maar in het ND van 10 oktober komt George Harinck met een beter onderbouwd en veel sterker commentaar. (Sorry, achter een betaalmuur, maar vraag het mij als je het graag wilt lezen.) Want volgens haar kerkorde (Art. I-7) is de PKN ‘geroepen gestalte te geven aan haar onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël’. Daarmee verwoordt zij de fundamentele verworteling van het christelijk geloof in de bijbelse bron van Israël, precies dezelfde bron waaruit ook het Joodse geloof van vandaag leeft. Doet deze verklaring recht aan die verworteling? Of verwart het wortels met takken?
In de tekst komt ‘Israël’ enkel voor als aanduiding van de gelijknamige staat. Daarnaast gaat het enkel over ‘Joden’. ‘Israël’ als staatkundige aanduiding en ‘Joden’ als een etnische groep. Tja, op die manier kun je geen onderscheid maken tussen de ene en de andere etnische of staatkundige eenheid, want allen zijn immers gelijk? En in de huidige chaos is iedereen toch slachtoffer? Maar wat betekent dat ‘onopgeefbaar verbonden‘ dan nog?
Harinck besluit zijn stuk aldus:
Maar waar politici ‘dood aan Israël’ roepen of de grootheid van Allah boven Israëlische slachtoffers wordt uitgeschreeuwd verwacht ik van de kerk een blijk van haar geestelijke verwantschap, een uiting van pijn. Onopgeefbaar, noemt de grootste protestantse kerk die band. Maar dat engagement heb ik zondag in kerken weinig vernomen.
Ik ben het ernstig met hem eens. De alerte reactie van de PKN is niet genoeg. Wat er nu gebeurt in Israël moet pijn doen aan de eigen geestelijke wortels, maar die pijn wordt overal omzeild – als het al als pijn gevoeld wordt. Deze barbarij ontkent de diepste kern van menselijkheid, de bescherming van het leven die voor alles gaat en dat ontkent God als Schepper. Dat raakt niet alleen het Joodse geloof in het hart, maar minstens evenzeer het christelijke.
Wie begrip toont voor het ontketende geweld, omdat die het gevolg zou zijn van 75 jaar onderdrukking, mist ieder gevoel voor realiteit. De vernedering, uitsluiting en mishandeling van Palestijnen is overduidelijk. Zonder twijfel. En de Israëlische regering zou de Torah moeten kennen die waarschuwt dat het land het volk zal uitkotsen wanneer het niet leeft naar recht en gerechtigheid (Leviticus 18,26vv). Maar wat we nu nagenoeg live op tv zien gebeuren is geen begrijpelijke uiting van opgekropte woede. Integendeel, het is de kwaadaardige vrucht van systematisch aangeleerde (joden-)haat en een verwerpelijke verheerlijking van de (martel-)dood. Heidendom dus.
Dat er luidkeels werd geschreeuwd dat ‘God groot’ is, is een gotspe. Bovendien een die indruist tegen de Koran zelf, waarop men zich meent te beroepen, want de profeet verbood in de oorlog uitdrukkelijk wreedheid tegen vrouwen en kinderen. Het is Godgeklaagd en daarover moet de kerk zich uitspreken. Met Harinck heb ik dat gemist en dat gemis is beschamend.