Dat is de titel van Harry Kuiterts nieuwste boek en het is weer een overvalste Kuitert. Ondubbelzinnig, direct en scherp. Soms irriteert zijn schrijfstijl, maar daar moet je dan maar doorheen kijken, want hij heeft zoals altijd opnieuw een sterk punt. Waarom zit de kerk zo vast in het moeras? Omdat ze halsstarrig blijft vasthouden aan twee achterhaalde denkbeelden: dat zij naar oorsprong niet van deze wereld is maar ‘van Boven’ en dat zij met haar leer de waarheid omtrent mens en wereld in pacht heeft. Het woord transitie ben ik nergens tegengekomen, maar het gaat er voortdurend over.
Kuitert gebruikt het verhaal van ‘De grootinquisiteur van Sevilla’, uit Dostojewski’s roman De gebroeders Karamazov, als beeld voor wat de kerken, rooms of protestants, volhardend doen. Zij houden de mensen tevreden, knechten hun geweten en heersen zo over de wereld. In naam van God en ‘voor hun eigen bestwil’ wordt de mensen hun vrijheid ontnomen. Elk beeld gaat wel ergens mank, maar ik vind het overtuigend zoals Kuitert het hier gebruikt. En Kuitert zou zichzelf niet zijn als hij vervolgens niet deze waarheid tot achter de komma doorrekent en zo alle pretenties van de kerk doorprikt.
Een standaardreactie daarop vanuit de kerk pleegt te zijn ‘dat Kuitert helemaal niets overlaat van kerk en geloof’. Dat lijkt mij een fundamenteel misverstand. Kuitert fileert de kerkelijke leer en pretenties met de radicaliteit van zijn calvinistisch voorgeslacht. Maar hij is minstens zo radicaal trouw aan de diepe ervaring van zijn gereformeerde voorouders dat de leer onmogelijk de hele hoogte, breedte en diepte van God en geloof kan doorgronden. In eerdere boeken pleitte hij, met ingehoudenheid, voor de mystieke kant van het geloof, in dit boek breekt hij een lans voor de kracht van de overlevering, die veel diverser en veelomvattender is dan de kerkleer, en voor de kracht van de religieuze gemeenschap zelf.
Kuitert raadt ons aan om eindelijk eens op te houden met de achterhaalde en nutteloze discussies over geloven en weten. En in plaats van zichzelf naast of boven ‘de wereld’ te plaatsen, zou de kerk eindelijk eens moeten aanvaarden dat zij allang midden in die wereld zit en zonder helemaal niet kan bestaan. De vrijheid van een christenmens is het om gewoon op de eigen manier christen te zijn, niet langer gebonden door een voorgeschreven geloof of gedrag, maar in open gesprek en gezonde (zelf)kritiek.
Ik stel vast dat Harry Kuitert op zijn 90e volop bezig is met de transitie waarvoor heel veel kerken nog steeds proberen weg te lopen.
Harry Kuitert, Kerk als constructiefout. De overlevering overleeft het wel (Utrecht: Ten Have, 2014) ISBN 978 90 259 0429 6